Branchestandaard: van tekentafel naar uitvoering

Het project 'Talent Ontwikkeling Vakmanschap' (TOV) heeft inmiddels een aantal mijlpalen bereikt.

In dit artikel benoemen we deze kort, om daarna uiteen te zetten welk nut ze hebben voor de afvalenergiecentrales (AEC’s). We beginnen met een 'branchestandaard' voor de functies (hoofd)operator en teamleider AEC’s bij de GEO-bedrijven. Hiermee legt de sector vast over welke competenties hun medewerkers moeten beschikken om hun vak bekwaam te kunnen uitoefenen.

Nadat de AEC’s deze competenties hebben geformuleerd, heeft het O&O fonds GEO deze branchestandaard ingediend bij de Stichting Examenkamer. Deze stichting staat onder toezicht van de Stichting van de Arbeid en de drie Ministeries (OCW, SZW en EZK).

De Examenkamer bekijkt of de competenties zodanig zijn geformuleerd dat deze toetsbaar en aantoonbaar zijn. Inmiddels heeft de Examenkamer ingestemd met de branchestandaard, waarmee deze een formele status krijgt.

De vraag is nu, wat kunnen de AEC’s met deze branchestandaard? Met deze branchestandaard als een soort meetlat kunnen de AEC’s hun huidige medewerkers of (zij-)instromers via het EVC-instrument beoordelen, of zij beschikken over de vereiste vakbekwaamheid. Blijkt een medewerker of een (zij-)instromer na een EVC-traject te voldoen aan de vakbekwaamheidseisen, dan ontvangt deze een vakbekwaamheidsbewijs. Zo’n bewijs heeft vergelijkbare status als een diploma.

Opleidingsstructuur
De tweede mijlpaal is een modulaire opleidingsstructuur, die vanaf een mbo-3/4 opleiding toeleidt naar de branchestandaard. De structuur is zodanig van opzet, dat scholing op maat kan worden uitgestippeld nadat in een EVC-traject de huidige competenties van de medewerker of (zij)-instromer in kaart is gebracht. Voor het bedrijf en de medewerker is deze scholing op maat belangrijk, omdat de medewerker via de kortste route naar de branchestandaard gaat. Dit voorkomt dat de medewerker onnodig geld en tijd verspilt aan scholing.

Opleidingsmateriaal en -organisatie
Nu de essentiële opleidingsinhoud - zoals rookgasreiniging en verbrandingstechniek - gereed is, en binnenkort de modules 'stoomketels', 'thermodynamica' en 'stoomturbines' op de plank liggen, kan het O&O fonds GEO de opleidingsorganisatie opzetten.

Voor dit onderdeel vormt 'Technicom' een belangrijke schakel: zij bieden online en klassikale ondersteuning aan de cursisten die via het concept 'leren op de werkplek' het vak onder de knie willen krijgen. Als afronding van de scholing legt de cursist via het EVC-instrument een 'Proeve van Bekwaamheid' af. Bij een positief resultaat ontvangt de cursist een vakbekwaamheidsbewijs.

Voor de medewerker is dit bewijs een belangrijk document, omdat het arbeidsmarktwaarde vertegenwoordigt. Voor de werkgever zit het belang van dit document in de aantoonbaarheid van de vakbekwaamheid van de medewerker(s) richting de toezichthouders. Daar deze standaard en het document branche-erkend is, is de waarde niet aan discussie onderhevig.

Start van de scholing
Op de tekentafel zijn de branchestandaard, de opleidingsstructuur en -materiaal ingevuld. Daarmee is het fundament gelegd om een opleidingsorganisatie op te bouwen. Voor Technikom is het organiseren van opleidingen een kerntaak. We verwachten dan ook binnen afzienbare tijd met de scholing te kunnen beginnen. Het is een mooi voornemen om begin 2021 samen met de energieproductieleveringsbedrijven te starten met de scholing geënt op de branchestandaard.

Meer weten?
Heeft u vragen over dit onderwerp, neemt u dan contact op met Bart van Eggelen.

Lees ook onze eerdere publicatie: Project 'TOV': een nieuwe leerweg voor de functiegroep operator